Hoofdstuk 3 De organisatie van ons onderwijs
maandag | 08.30 - 12.00 | 13.00 - 15.00 |
dinsdag | 08.30 - 12.00 | 13.00 - 15.00 |
woensdag | 08.30 - 12.00 | |
donderdag | 08.30 - 12.00 | 13.00 - 15.00 |
vrijdag gr 3 t/m 8 | 08.30 - 12.00 | 13.00 - 15.00 |
vrijdag gr 1-2 | 08.30 - 12.00 | middag vrij |
3.1 Algemene informatie
Inloop
Elke dag gaan het hek en de deur om 8.20 uur en om 12.55 uur open.
Op het schoolplein is geen pleinwacht aanwezig. Indien u iets wilt doorgeven, kunt u naar binnen lopen naar de betreffende groep van uw kind.
Kleuteringang
Bij de deur van gr. 1-2 staat een leerkracht. U kunt de leerkracht kort spreken als u iets wilt doorgeven.
De groepen 1-2 werken met inloopmomenten. Meerdere keren per jaar kunt u kort meekijken in de groep. U ontvangt informatie gedurende het schooljaar als de momenten eraan komen.
Urenverantwoording leerlingen
Leerlingen van basisscholen moeten minimaal 7.520 uur les krijgen over 8 schooljaren. Zij krijgen in de eerste 4 schooljaren (onderbouw) ongeveer 3.750 uur les krijgen. In de laatste 4 schooljaren (bovenbouw) ongeveer 3.850 uur. De uren die overblijven, kunnen we verdelen over de onderbouw en bovenbouw. Er is geen maximum aantal uren onderwijs per dag. De urenverantwoording wordt jaarlijks besproken in de MR.
Vakantierooster, vrije dagen en activiteiten
Hier vindt u alle informatie betreffende vakanties en vrije dagen voor het huidige schooljaar.
Later in het jaar kunt u hier ook het vakantierooster voor het volgende schooljaar vinden.
Lokaalindeling
Zelfstandig werken vinden wij erg belangrijk. Dit houdt ook in dat leerlingen in elke ruimte op school alleen of in een klein groepje aan het werk kunnen. Voor elke groep is er op school een extra ruimte aanwezig met zelfstandige werkplekken voor de leerlingen. Dit kan een lokaal zijn of werkplekken op de gang.
In het hoofdgebouw zitten de groepen 1-2 en de groepen 7 en 8.
De groepen 1-2 beschikken over drie lokalen en een speelzaal. Elke groep heeft zijn eigen stamlokaal en twee vaste leerkrachten. Binnen ons onderwijs zijn de leerlingen het gewend om in alle drie de lokalen te werken. De leerlingen zijn bekend met alle leerkrachten in onze kleuterbouw.
De groepen 7 en 8 hebben ook beiden een eigen stamlokaal en daartussen een werklokaal. Hier kunnen kinderen zelfstandig of in kleine groepjes rustig werken.
In de schoolwoningen zitten de groepen 3,4,5 en 6. Zij delen 5 lokalen en de zogenoemde ‘pizzapunt’. In de pizzapunt bevinden zich zes werkplekken en een bibliotheek.
Elke groep heeft zijn eigen lokaal. In het extra lokaal zijn zowel hoeken en speelplekken voor de groepen 3 en 4, als werkplekken voor de groepen 5 en 6.
Groep | Gymles maandag | Gymles dinsdag | Gymles donderdag |
---|---|---|---|
1-2a | 08.30 - 09.10 | ||
1-2b | 09.10 - 09.50 | ||
1-2c | 09.50 - 10.30 | ||
3 | 10.30 - 11.10 | 10.10 - 11.00 | |
4 | 09.50 - 10.30 | 11.00 - 12.00 | |
5 | 13.00 - 14.00 | 09.20 - 10.10 | |
6 | 11.15 - 12.00 | 09.10 - 09.50 | |
7 | 14.00 - 15.00 | 11.10 - 12.00 | |
8 | 08.30 - 09.10 | 08.30 - 09.20 |
3.2 Toelatingsbeleid
Iedereen die interesse heeft in onze school kan bellen of mailen voor een rondleiding of een gesprek. U bent ook van harte welkom op onze jaarlijkse open dag in maart. Na een bezoek aan onze school kunt u uw kind aanmelden via het aanmeldingsformulier. Dit formulier zal aan u worden gegeven tijdens de rondleiding of open dag. Na de aanmelding zullen wij contact met u opnemen over het vervolg van de aanmelding.
Mocht uw kind gebruik hebben gemaakt van een kinderdagopvang, dan zullen zij u vragen of ze de gegevens van uw kind uit mogen wisselen met de school. Dit doen we om beter aan de onderwijsbehoefte van uw kind te kunnen voldoen.
Iedere school heeft een ondersteuningsprofiel. Daarin staat welke ondersteuning er op de school mogelijk is. U vindt ons Schoolondersteuningsprofiel hier.
Zij instroom
Mocht uw kind overstappen van een andere basisschool naar onze basisschool, dan volgen wij de volgende stappen:
- Een gesprek en rondleiding door onze school.
- Een gesprek met de huidige school van uw kind. Hierbij zullen wij ook vragen naar het dossier van uw kind.
- Een onderzoek om te bepalen of wij de eventuele zorg die uw kind nodig heeft kunnen bieden op onze school.
- Een observatie van uw kind op de huidige school (indien nodig).
Welke ondersteuning wij precies op onze school kunnen bieden, kunt u vinden in ons schoolondersteuningsprofiel.
3.3 Peuterochtenden
Drie keer per jaar organiseren wij peuterochtenden. Tijdens deze ochtend kunnen ouders samen met hun peuter kennis komen maken met onze school en deelnemen aan de activiteiten van die ochtend.
3.4 Visie op kleuteronderwijs
Wie is de kleuter?
Kernwoorden: spelen-doen-bewegen-wereld als geheel
De kleuter staat over het algemeen spelend in de wereld. Kleuter zijn en spelen, zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. De kleuter houdt van bewegen en fysiek bezig zijn. De kleuter is vooral op beleefde ervaringen gericht. Dat wil zeggen dat de kleuter graag dingen wil doen. De kleuter ziet de wereld als een geheel en niet opgesplitst in vakgebieden.
Hoe ontwikkelt en leert de kleuter?
Kernwoorden: gezien worden-spelen als middel én als doel-afwisseling bieden
De kleuter ontwikkelt zich het beste als hij zich veilig voelt, zich gerespecteerd weet en er belangstelling voor hem is. Die belangstelling ervaart het kind als de leerkracht aansluit bij wat de kleuter kiest, doet of zegt. Voor de kleuter is spelen een mogelijkheid om taalvaardigheden, sociale vaardigheden en motorische vaardigheden te ontwikkelen. Spelen is een middel, maar ook een doel op zich, omdat het kind spelend in de wereld staat. Kleuters hebben grenzen aan hun opname mogelijkheden. Inspannende leer- en oefenactiviteiten moeten afgewisseld worden met vrije keuze-activiteiten.
Welk onderwijs vraagt de kleuter?
Kernwoorden: spelkwaliteit-leerlingvolgsysteem op álle gebieden-rijke leeromgeving-welbevinden
Omdat de kleuter zich alleen ontwikkelt als hij zich op zijn gemak voelt, is het welbevinden van de kleuter een belangrijke zorg van de leerkracht. Spelen is niet alleen een middel voor de ontwikkeling, maar ook een doel op zich. Daarom wordt de ontwikkeling van de spelkwaliteit gestimuleerd. Voor het realiseren van de aansluitende benadering is het samenstellen van een rijke leeromgeving van belang. Kinderen krijgen dan ook gelegenheid zich naar eigen behoefte te ontwikkelen. De school volgt de ontwikkeling van het kind d.m.v. een leerlingvolgsysteem dat de taal van het kleuteronderwijs spreekt. Dus niet alleen taal en rekenen wordt gevolgd, maar ook: zelfredzaamheid, afscheid nemen, sociaal-emotionele ontwikkeling, spelen, werken, motoriek, kringactiviteiten, visuele en auditieve waarneming.
3.5 Alles over groep 1-2
Instroom
Wanneer uw kind bij ons op school is aangemeld, ontvangt u van ons een inschrijfbevestiging met meer informatie.
Ongeveer twee maanden voordat uw kind vier jaar wordt, ontvangt u van ons een vragenlijst. Deze vragenlijst geeft ons meer informatie over uw kind. Op die manier kunnen wij uw kind indelen in een klas.
Ongeveer zes weken voor de vierde verjaardag van uw kind, krijgt hij/zij van ons een welkomstkaart via de post en een informatiebrief. U kunt contact opnemen met de toekomstige leerkracht van uw kind om vijf wenochtenden af te spreken. Door deze wenochtenden kan uw kind alvast rustig wennen aan het naar school gaan.
Als uw kind een paar weken op school zit, zal de leerkracht u uitnodigen voor een gesprek om samen te bespreken hoe de eerste periode op school is geweest. We bespreken of uw kind zich prettig voelt op school en we kijken vooruit naar wat nog komen gaat. Natuurlijk kunt u al eerder contact opnemen voor eventuele vragen.
Groepsindeling
Wij hebben drie kleutergroepen die heterogeen zijn ingedeeld. Dit houdt in dat de kleuters uit groep 1 en 2 samen in één klas zitten en er gedurende het schooljaar nieuwe jongste kleuters instromen.
Ons onderwijs vindt plaats in drie lokalen. In de lokalen worden de kleuters uitgedaagd tot spelen in hoeken, meestal passend bij het thema waar in de groepen aan gewerkt wordt.
Activiteiten bij de kleuters
In de kleutergroepen komen alle vak- en vormingsgebieden aan bod. Ter ondersteuning gebruiken wij hiervoor de methode Kleuterplein. Kleuterplein is een complete kleutermethode voor groep 1 en groep 2. Alle domeinen van het kleuteronderwijs komen voorbij: van rekenen en lezen tot beeldende vorming en muziek. Wij werken thematisch. Deze thema’s sluiten aan op de belevingswereld van de leerlingen. De doelen waaraan wij per thema werken worden bijgehouden in groepsplannen. Onze activiteiten zijn veelal gericht op:
- taal- en denkontwikkeling van de leerlingen,
- het stimuleren van de ontluikende geletterdheid,
- het bevorderen van het ruimtelijk inzicht,
- het ontwikkelen van getalbegrip,
- het zien van overeenkomsten en verschillen,
- het zicht krijgen op oorzaak en gevolg,
- het bevorderen van zelfredzaamheid,
- het bevorderen van de motoriek.
Dagelijks ontwikkelen de leerlingen zich in een veilige, vertrouwde, gestructureerde omgeving waarbij naast taal- en rekenactiviteiten, veel ruimte is voor gezamenlijke spel-, zang-, expressie en bewegingsactiviteiten. Voor de ontwikkeling van de motoriek en om een start te maken aan het schrijfonderwijs gebruiken wij Schrijfdans. Deze methode laat de kinderen door middel van muziek en grote bewegingen wennen aan de vorm van de schrijfletters.
Bewegen met kleuters
Wij vinden het belangrijk dat leerlingen dagelijks veel ruimte krijgen voor beweging. Dit doen wij zowel in het speellokaal als buiten. De kleuters gymmen in het speellokaal, waar gebruik gemaakt wordt van een lesmethode. Eens per week krijgen de leerlingen les van de vakleerkracht lichamelijke opvoeding, de andere keren van de leerkracht zelf. Hier maken zij voor het eerst kennis met de grondvormen van bewegen. Dit zijn klimmen, rollen, duikelen, zwaaien, schommelen, gooien, vangen, springen, rennen en balanceren. Deze vormen van bewegen worden spelenderwijs aangeboden, waarbij er ingespeeld wordt op de belevings-/ en fantasiewereld van de leerlingen.
Sociaal emotionele ontwikkeling
Wij hebben dagelijks aandacht voor sociaal- emotionele ontwikkeling. We leren kleuters samenwerken, omgaan met uitgestelde aandacht en doen een beroep op hun probleemoplossend vermogen. Ter ondersteuning gebruiken wij hiervoor een leergang ‘doos met gevoelens, prentenboeken, poppen, liedjes en enkele speelmiddelen.
Engels
Wij starten vanaf de kleutergroepen met Engels. De onderwerpen die aan bod komen sluiten aan bij de thema’s waar wij mee werken, zoals de seizoenen, familie en school. Wij gebruiken o.a. de digitale methode Take it easy. De les begint altijd met hetzelfde liedje. Daarna komt er een lesje/verhaaltje met daarin de woorden die passen bij het thema. Deze thema’s zijn hetzelfde als in groep 3 en 4. De volgorde van de thema’s kunnen wij zelf bepalen. Het eerste thema is vooral gericht op het leren van basiswoorden die in de andere thema’s nodig zijn om de lessen te kunnen te doen. De rest van het jaar wordt de Engelse woordenschat uitgebreid en een begin gemaakt aan eenvoudige Engelse zinnen.
Ontwikkelvolgsysteem
Voor kleuters wordt twee keer per jaar het observatiemodel Kijk ingevuld. Dit is een digitaal instrument waarbij door middel van observeren, registreren en stimuleren de ontwikkeling van een kind wordt bijgehouden. Kleuters krijgen geen rapport, maar wel een plakboek met gemaakte werkjes mee naar huis. De ouders krijgen via een persoonlijk gesprek een indruk van de ontwikkeling van hun kind. Dit gesprek kan plaatsvinden tijdens de ouderavonden of na schooltijd. Twee keer per jaar worden er oudergesprekken gehouden. Indien nodig kunnen, volgens afspraak, meer persoonlijke gesprekken plaatsvinden. Op de ouder-informatieavond krijgen ouders informatie over het materiaal, de werkwijze van de onderbouw en hoe de leerlingen spelend en ontdekkend leren.
Oudste kleuters en kanskleuters
Met ouders van de oudste kleuters wordt aan het begin van het schooljaar een startgesprek gehouden. Hierin is er plaats voor wederzijdse informatie en verwachtingen. Een kind dat in oktober t/m december in groep 1 start, gaat aan het eind van het schooljaar naar groep 2. Deze groep leerlingen noemen wij kanskleuters. In groep 1 en 2 worden deze leerlingen gevolgd om te kijken of ze na een korte kleuterperiode naar groep 3 kunnen.
Kleuterverlenging of naar groep 3
Aan het eind van groep 2 gaat een kind in principe door naar groep 3. Maar het komt voor dat er twijfel is over de rijpheid van een kind om de stap naar groep 3 te maken. De leerkracht en de ouders hebben regelmatig overleg over de ontwikkeling van het individuele kind. In januari hebben de intern begeleider van de school en groepsleerkrachten een gesprek over leerlingen die eventueel extra zorg nodig hebben. Dit geldt voor zowel kleuters die gebaat zijn bij een extra kleuterjaar, als de kanskleuters die eraan toe zijn om vroegtijdig naar groep 3 te gaan. In het gesprek wordt de cognitieve ontwikkeling (beheersing van de leerstof) en de sociale- en emotionele ontwikkeling (rijpheid om naar groep 3 te gaan) meegenomen. Belangrijk zijn ook de werkhouding en de spelontwikkeling (sociaal-emotioneel). Er worden specifieke afspraken gemaakt waarin gekeken wordt naar extra onderzoek, extra oefening etc. Medio maart wordt de voortgang van de ontwikkeling besproken door de intern begeleider en de leerkrachten. Door regelmatig met elkaar in gesprek te gaan, worden ouders gedurende dit proces op de hoogte gehouden.
Zandbak
De meeste kleuters spelen graag in het zand. In de klas is er een zand/watertafel en buiten de grote zandbak. De zandbak wordt afgedekt met een groot net. De leerkracht(en) bepaalt wanneer de leerlingen in de zandbak mogen. Er wordt op de hygiëne gelet door de leerlingen te leren de handen te wassen. Het spelen met zand is goed voor de ontwikkeling van de zintuigen en de motoriek. Het is verstandig om uw kind kleding aan te geven die tegen een stootje kunnen.
3.6 Methodes per vak groep 1 en 2
Vak | Methode |
---|---|
Engels | Take it easy |
Rekenen/ Taal | Kleuterplein, Wereld in getallen 5 |
Schrijven | Schrijfdans, Pennenstreken |
Sociaal emotionele ontwikkeling | Kwink, Kijk, Doos met gevoelens |
3.7 Alles over groep 3 t/m 8
Taalontwikkeling
Om de leerlingen met een stevige basis op het gebied van taal en lezen te laten uitstromen, wordt er dagelijks aandacht besteed aan het taal- en leesonderwijs. Dit bestaat uit effectieve instructies, goede interventies en preventief handelen. Hierbij werken wij aan de doelen van de verschillende referentieniveaus.
In groep 3 ligt de nadruk op het aanvankelijk lezen. Er wordt gewerkt met een effectieve, doelgerichte aanpak waarbij er rekening wordt gehouden met de verschillen tussen de leerlingen. Klanken en letters vormen hierbij het uitgangspunt.
In groep 4 t/m 8 is er tijdens het voortgezet technisch lezen veel aandacht voor vloeiend lezen, leesbegrip, leesplezier en leesbevordering.
Voor taal en spelling wordt er aan de leerlijnen gewerkt met behulp van een opbrengstgerichte methode. Er is een voortdurende wisselwerking tussen het leren van woorden, zinnen en teksten (taal) en het juist leren schrijven hiervan (spelling).
Vanaf groep 6 wordt er ook aandacht besteed aan werkwoordspelling. Wij hebben een bewuste keuze gemaakt om de vakken taal en spelling ‘op papier’ aan te bieden ter bevordering van de motoriek, het samenwerken en het makkelijker aanpassen van de lessen aan het lesdoel en de behoefte van de individuele leerlingen en de groep.
Schrijven
Voor het schrijfonderwijs maken wij gebruik van de methode ‘Pennenstreken’. Tijdens de lessen leren de kinderen op een vlotte en leesbare manier schrijven en ontwikkelen ze hun eigen handschrift. In de groepen 3 t/m 6 werken we aan de basis van het schrijven. In de groepen 3 en 4 worden de letters en hun verbindingen aangeleerd. In de groepen 5 en 6 besteden we aandacht aan het temposchrijven en de verdere ontwikkeling van het eigen handschrift.
In de groepen 7 en 8 gaan de leerlingen hun eigen handschrift ontwikkelen. In groep 7 bieden wij het blokschrift aan. Het doel is netjes, leesbaar en vlot schrijven.
Technisch- en begrijpend lezen
In groep 3 besteden wij dagelijks veel aandacht aan lezen. Dit doen wij door gebruik te maken van de methode ‘Veilig leren lezen’. In deze methode vormen de klanken en letters het uitgangspunt. Leerlingen leren steeds één nieuwe letter in combinatie met eerder geleerde letters. Door deze aanpak komen de leerlingen sneller tot het vlot lezen van woorden, zinnetjes en korte teksten. Vanaf groep 4 maken wij gebruik van de methodiek van LIST-lezen voor het voortgezet technisch lezen. LIST staat voor Lees Interventie-project voor Scholen met een Totaalaanpak. Maar de afkorting wordt door LIST-scholen ook wel vertaald naar Lezen IS Top, omdat binnen deze methodiek leesmotivatie de grootste sleutel is tot het vloeiend en vlot kunnen lezen van teksten. Tijdens het LIST-lezen lezen leerlingen in zelfgekozen boeken. Afhankelijk van hun niveau lezen ze met een tutor, met een leeftijdsgenoot of lezen ze stil. LIST werkt groepsdoorbrekend met HOMMEL-klassen (hardop ondersteund lezen) en STILLEES-klassen.
Vanaf midden groep 4 worden er lessen begrijpend lezen aangeboden. Dit zijn interactieve leeslessen die aansluiten bij de actualiteit. Daarnaast is er een extra digitale verwerking met als doel het vergroten van de woordenschat
Rekenen
Vanaf groep 3 werken de leerlingen met WIG 5. Dit is een methode waarbij de les door de leerkracht wordt gegeven, maar waar de les digitaal wordt verwerkt. Het is een adaptieve methode. Dit houdt in dat de methode bijhoudt wat het niveau van de leerling is en hier het aanbod op aanpast. Zo kan het zijn dat de leerlingen werken aan hetzelfde doel, maar op een ander niveau. Wij vinden het belangrijk om aan te sluiten bij het niveau van de leerlingen om zo optimaal mogelijk les te kunnen geven. WIG 5 werkt volgens het hoofd fasenmodel. De fases zijn: begripsvorming, ontwikkelen van oplossingsprocedures, vlot leren rekenen en flexibel toepassen van kennis en vaardigheden. Voor een stevige rekenbasis moet een leerling niet alleen de juiste antwoorden weten, maar deze ook snel kunnen geven. Dit kan als de twee eerste fases zijn doorlopen. Er wordt in elke groep minimaal vijf uur per week gewerkt aan rekenen.
Studievaardigheden
Omdat wij het in deze moderne tijd belangrijk vinden om kinderen te leren om informatie uit verschillende bronnen te kunnen selecteren, beoordelen, verwerken en toepassen, besteden wij aandacht aan studievaardigheden. Dit helpt de kinderen in het leren en ontwikkelen tijdens hun schoolcarrière en in het dagelijkse leven.
Voor de groepen 5 t/m 8 maken wij gebruik van de methode Blits 2. Hierin komen onder andere internetvaardigheden, mediawijsheid en leren studeren in voor.
Engels
Bij de kleuters wordt er een start gemaakt met Engels. De thema’s die hier aan bod komen, zijn dezelfde thema’s waarmee wordt gestart in groep 3 en 4. De nadruk ligt hier op de woordenschat. In groep 5 en 6 komen dezelfde thema’s aan bod als in groep 7 en 8. Vanaf groep 7 krijgen de kinderen woordjes en zinnen mee om thuis te leren. Hierover krijgen zij dan een toets. Het doel is een goede basis te leggen voor de lessen op het voortgezet onderwijs. We doen dit door communicatieve vaardigheden aan te leren en in te oefenen. Dat wil zeggen dat leerlingen een eenvoudig gesprek in het Engels kunnen voeren. Daarnaast leggen we de basis voor enig grammaticaal inzicht en voor voldoende woordenschat.
Wereldoriëntatie, wetenschap en technologie
Onze maatschappij heeft een sterke behoefte aan geschoolde mensen op het terrein van wetenschap en techniek. Wij willen daaraan een bijdrage leveren door gericht aandacht te besteden aan dit vakgebied. Bij de activiteiten wetenschap en techniek leren onze leerlingen al samenwerkend aspecten die samenhangen met wetenschap en techniek te onderzoeken, te ontdekken en te ontwerpen. We hanteren de methode Blink voor wetenschap en techniek en wereldoriëntatie.
Wij werken vakgericht met de methode Blink aan wereldoriëntatie in de groepen 5 tot en met 8. Dit houdt in dat de leerlingen aparte lessen krijgen over aardrijkskunde, natuur en geschiedenis. Dit doen wij om dieper op de verschillende vakgebieden in te kunnen gaan. Wij zijn van mening dat de leerlingen zo meer inzicht krijgen in de chronologische volgorde van de tijdlijn en de samenhang tussen de lessen.
Behalve kennis, vinden wij onderzoeksvaardigheden belangrijk. Deze zullen bij elk thema aan bod komen. Wij werken aan 21e eeuwse vaardigheden. Dit zijn de onderzoeksvaardigheden: samenwerken, probleem oplossen, kritisch denken en informatievaardigheden. Deze vaardigheden zijn goed toe te passen tijdens de lessen van Blink, doordat er elke les een andere vaardigheid wordt gevraagd van de leerling.
Elk schooljaar wordt er per leerjaar ook één thema uitgebreid en schoolbreed behandeld. De leerlingen werken tijdens dit thema met onderzoeksvragen en maken een eindproduct voor onze Uit-Blink Tentoonstelling.
Talentontwikkeling
Om onze leerlingen optimaal toe te rusten op de 21ste eeuw is het noodzakelijk dat we oog hebben voor de individuele talenten van de leerlingen. Daarbij gaat het ons om talenten in de meest brede zin van het woord. Dus niet alleen om taal- en rekentalent, maar ook om creatieve, culturele, motorische, sociale en onderzoekende talenten en praktische vaardigheden. Als we bij de leerlingen specifieke talenten ontdekken, dan proberen we hier zoveel mogelijk rekening mee te houden. We laten leerlingen zelf meedenken over hoe ze deze talenten kunnen benutten. Daarom inventariseren we aan het begin van het schooljaar bij de leerlingen welke les(sen) zij graag op school zouden willen krijgen. Wij betrekken ouders hierbij, door te vragen welke onderwerpen vanuit de leerlingen zij aan zouden willen bieden. Een keer per jaar organiseren wij dan een atelier ochtend/middag waarin deze verschillende lessen aan de kinderen worden aangeboden in verschillende workshops.
Kunst en cultuur
Wij willen de leerlingen de ruimte bieden om op meerdere manieren te leren en vaardigheden eigen te maken. Wij hanteren de volgende uitgangspunten:
- Wij willen de leerlingen stimuleren de aanwezige creativiteit uit te breiden en toe te passen op verschillende vakgebieden.
- Wij willen de leerlingen de mogelijkheid geven zichzelf te uiten op de manier die bij het kind past.
- Wij willen de leerlingen opleiden tot verantwoordelijke burgers die kritisch kunnen kijken naar het eigen handelen.
- Wij willen de leerlingen in groep 5 ervaring laten opdoen en kennis laten maken met verscheidenheid in muziek en instrumenten.
- Wij willen de leerlingen 21-eeuwse vaardigheden meegeven.
Wij nemen deel aan Cultuurmenu Midden-Delfland. Dit cultuurprogramma is een samenhangend activiteitenprogramma voor scholen in Midden-Delfland. Leerlingen komen hiermee in aanraking met organisaties uit de eigen leefomgeving en maken op deze manier kennis met alle disciplines op het gebied van kunst en cultuur. Dans, erfgoed, literatuur, muziek, drama en beeldende kunst.
Ieder jaar maken de groepen een aantal excursies. Vaak houden die excursies verband met onderwerpen binnen de wereldverkenning (bezoek aan bakkerij, postkantoor, brandweer, kinderboerderij, eendenkooi, kaasboerderij, visserijmuseum, legermuseum, kas in de klas, bloemenveiling, Archeon, Historyland enz.). Voor de ouders zijn hieraan geen kosten verbonden; wel wordt hulp van ouders zeer op prijs gesteld. Om het schooljaar is er een schoolreisje voor de groepen 1 t/m 7. Het andere jaar sluiten wij af met een eindfeest voor de gehele school.
MusicalExpress
Wij werken samen met Musical Express. Dit is een musicalschool uit Westland die samen met de kinderen in een aantal lessen toewerkt naar een echte theatervoorstelling. Iedere groep krijgt minimaal 6 lessen van een uur waarin acteren, dans en zang centraal staan. Wij vinden dit belangrijk, omdat het de kinderen zelfvertrouwen geeft, creativiteit bevordert en de samenwerking in de groep vergroot. Zo draagt het ook bij aan de emotionele ontwikkeling van het kind. Daarnaast draagt Musical Express bij aan de talentonwikkeling van de leerlingen. Als afsluiting van de lessen is er een uitvoering van een musical met de hele klas. Hierbij zijn ouders en andere groepen uitgenodigd om te komen kijken.
Digitale vaardigheden
Op onze school vinden wij het belangrijk dat de leerlingen behalve reken- en taalvaardigheden, ook digitale vaardigheden leren. De digitale vaardigheden hebben we uitgesplitst in 4 onderdelen: basisvaardigheden, informatievaardigheden, computational thinking en mediawijsheid.
De leerlingen werken op school met een eigen Google-account waarmee zij kunnen inloggen op onze devices.
Vanaf de kleuters werken de leerlingen op Chrome-tablets. Zij oefenen met lezen, spelling en taal door middel van verschillende apps op de tablets. Vanaf groep 3 werken de leerlingen met Chromebooks. In alle groepen vanaf groep 3 gebruiken wij een digitale methode voor rekenen, maken wij gebruik van oefensoftware voor verschillende vakken en zetten wij werk klaar in Google Classroom zoals de weektaak. Vanaf groep 5 leren de leerlingen werken in de cloud. Via het programma ‘Digital Skills for Kids’ leren de leerlingen gebruik maken van hun eigen drive, documenten en presentaties maken en deze ook met elkaar te delen en te bewerken. In groep 6 krijgen de leerlingen een online typecursus. In dit jaar leren de leerlingen typen met 10 vingers. Voor zowel Digital Skills for Kids en Typetuin krijgen de leerlingen een certificaat bij afronding. De leerlingen van groep 7 en 8 nemen ieder jaar deel aan het project MediaMasters in de week van de Mediawijsheid. Doel is om leerlingen, ouders en leerkrachten te laten ervaren wat de kansen en gevaren zijn van alle media die tegenwoordig beschikbaar zijn. In alle groepen wordt passend op het niveau ook gewerkt aan het onderdeel computational thinking. Zo wordt er in de onderbouw gebruik gemaakt van de Bee Bots en in de bovenbouw wordt onder meer gewerkt met de micro:bit en het programma Scratch.
Presenteren
Op de St. Jozefschool vinden wij het belangrijk dat leerlingen leren presenteren. Dit is een vaardigheid die zij in de toekomst steeds vaker nodig zullen hebben. Omdat wij de leerlingen vertrouwd willen maken met het spreken voor een groep, starten wij hier al mee bij de kleuters. Daarna zullen de leerlingen tot en met groep 8, elk jaar een of twee presentaties houden.
Onder presenteren verstaan wij:
- Een vertelbeurt/boekbespreking voor de klas.
- De leerling leert in het openbaar voor een groep te spreken over een bepaald onderwerp of boek. Dit onderwerp of boek is op het niveau van de groep.
Verkeersonderwijs
Dit vak is een onderdeel van wat sociale redzaamheid wordt genoemd. We willen de leerlingen leren om bewuste en verantwoordelijke verkeersdeelnemers te worden. Het kennen van verkeerstekens en de regels leren herkennen en toepassen, draagt bij aan hun eigen veiligheid en die van hun medeweggebruikers. In elk leerjaar zijn een aantal praktijklessen geprogrammeerd. De leerlingen van groep 7 nemen jaarlijks deel aan het verkeersexamen.
Wij gebruiken voor de theorie in de klas de verkeerskranten van Veilig Verkeer Nederland. Voor de praktijklessen hebben wij 3x per jaar een School op SEEF week. De kinderen oefenen in deze lessen het hanteren van de fiets door verschillende ‘verkeerskunsten’.
Sociaal- emotionele ontwikkeling
Op de St. Jozefschool vinden wij het belangrijk dat leerlingen zich veilig voelen. Wanneer leerlingen zich veilig voelen, dan komt dat hun ontwikkeling ten goede. Van groep 1 t/m 8 wordt gewerkt met een startprogramma ‘Grip op de groep’ en met ‘Kwink’. Dit is een leergang waarin sociaal-emotionele vorming centraal staat. Bij de start van het schooljaar maken we gebruik van ‘Grip op de groep’ voor het vormen van een positieve groep. De leerkracht organiseert verschillende oefeningen met de groep die hieraan bijdragen. De rest van het schooljaar maken we gebruik van de methode Kwink. Tijdens deze lessen wordt onder andere aandacht besteedt aan: Hoe communiceer je met elkaar?, hoe ga je om met conflicten?, opkomen voor een ander etc. De lessen zijn volledig digitaal en worden ondersteund met animatiefilmpjes. Ook maakt iedere leerkracht bij de start van het jaar klasafspraken met de groep. De regels die in de hele school gelden worden ook jaarlijks onder de aandacht gebracht.
Om de sociale- en emotionele ontwikkeling goed te kunnen evalueren, gebruiken wij in de groepen 3 t/m 8 de methode ‘Cito Leerling in beeld’. Deze methode is gekoppeld aan ons leerlingvolgsysteem en brengt de sociaal- emotionele ontwikkeling in kaart. Samen met de gedragsspecialist worden de uitslagen van de leerlingen en leerkrachten naast elkaar bekeken en besproken. De gedragsspecialist maakt ook schoolbreed een analyse en zet zo nodig actiepunten uit voor verbeteringen.
Bewegingsonderwijs
Op onze school hechten we veel waarde aan lichamelijke opvoeding. Bewegen is goed voor de balans in het opgroeien en in de ontwikkeling van leerlingen. Daarnaast vinden we het vak belangrijk vanuit het sociale aspect: leren bewegen doe je altijd samen. De belangrijkste ambities van onze school zijn:
- Leerlingen leren binnen hun eigen mogelijkheden deelnemen aan nieuwe én bekende activiteiten rond beweeguitdagingen.
- Leerlingen leren een positieve attitude t.a.v. gezond en veilig bewegen. Ze ervaren beweegactiviteiten met verschillende inspanningsniveaus en betrekken dat op zichzelf.
- Leerlingen ontwikkelen hun beweegidentiteit eerst vooral onbewust door te doen. Later wordt dat bewuster en neemt de invloed van anderen en van bewegen in verschillende contexten toe.
- Leerlingen leren de aangeboden beweegactiviteiten met aangereikte regels en afspraken zelfstandig op gang brengen, houden en afronden. Zij verkennen daarbij het functioneren in meerdere rollen.
- Leerlingen worden zich bewust van hun eigen rol en gedrag en dat van anderen in beweegsituaties. Zij leren hun eigen (on)mogelijkheden en die van anderen accepteren en daarmee om te gaan.
- Leerlingen leren over activiteiten die op straat, pleinen en speelveldjes worden gedaan of van sport zijn afgeleid. De beweegactiviteiten in deze contexten kennen hun eigen doel en regels.
Vanaf groep 3 hebben de leerlingen twee lesuren in de week bewegingsonderwijs. Dit gebeurt onder leiding van de vakleerkracht in de sporthal de Dorpshoeve. Vanaf groep 5 mogen de leerlingen aan het einde van de ochtend en middag vanaf de Dorpshoeve naar huis. De gymleerkracht gaat naar school terug met de leerlingen die overblijven.
We verwachten dat de leerlingen een gympakje of sportbroekje met T-shirt dragen. Ook gymschoenen worden aangeraden, echter niet dezelfde als die waarmee ook op straat wordt gelopen. Ziet u er op toe dat de gymkleding ook eens mee naar huis wordt genomen om een wasbeurt te ondergaan? Het meenemen van sieraden, horloges en dergelijke naar de gymzaal wordt afgeraden vanwege de grote kans op zoekraken!
Burgerschapsonderwijs
We besteden zowel structureel als situationeel aandacht aan burgerschapsonderwijs. Burgerschap gaat zowel over het aanbieden van kennis en vaardigheden, als om attitude. Ons sterke pedagogische klimaat, open cultuur en onze werkwijze vormen al een belangrijke basis voor het burgerschapsonderwijs. Dit wordt omschreven in ons Veiligheidsplan. In dit plan staat omschreven hoe wij onze leerlingen respect willen overbrengen voor onze democratische basiswaarden en hoe wij hiermee omgaan wanneer dit niet wordt nageleefd. Als team dragen wij dezelfde normen en waarden uit naar alle leerlingen om er zo voor te zorgen dat er een cultuur ontstaat waarin leerlingen en leerkrachten elkaar aanspreken op een respectvolle manier, wanneer dit nodig is. Wij hebben ons burgerschapsonderwijs gevormd aan de hand van de SLO-doelen en de zeven bouwstenen, maar het wordt structureel geïntegreerd in het dagelijkse onderwijsaanbod en niet als apart vak gegeven. Daarnaast dient burgerschapsonderwijs zich situationeel aan op allerlei momenten op de dag; bij buitenspelen, gymlessen maar ook n.a.v. een uitzending van het Jeugdjournaal of een les Nieuwsbegrip.
EHBO
De leerlingen van groep 8 krijgen EHBO-lessen in een deel van het schooljaar. De lessen bestaan uit zowel theorie als praktijk en de praktijk wordt beoefend met behulp van een vrijwilliger van de EHBO-vereniging. Aan het einde van de leerperiode wordt er een officieel examen afgenomen door een vertegenwoordiger van het Oranje Kruis. De leerlingen kunnen dan ‘Diploma Jeugd Eerste Hulp’ behalen. De EHBO-lessen vallen onder het vakgebied van de gezondheidseducatie.
Schoolwerkweek
Voor de leerlingen van groep 8 wordt er een werkweek’ georganiseerd. We gaan 3 dagen met de hele groep op de fiets naar Vlaardingen. Behalve dat we daarbij aandacht hebben voor de saamhorigheid tijdens groepsactiviteiten, ligt het accent ook op het educatieve aspect. Het programma is nadrukkelijk op deze beide invalshoeken afgestemd. Bij terugkeer op school wordt er door de leerlingen een verslag gemaakt over de werkweek met daarin van alles wat de leerlingen hebben beleefd, gezien en geleerd.
Huiswerk
De leerlingen krijgen vanaf groep 4/5 huiswerk mee naar huis. Dit wordt naarmate de leerlingen ouder worden en naar een hogere klas gaan steeds wat meer. Dit doen wij om leerlingen vertrouwd te maken met verantwoordelijkheid, te leren plannen en om de leerlingen zelfstandiger te maken. Specifieke informatie per leerjaar kunt u lezen in het informatiebulletin van elk leerjaar op de website.
Schoolpanel
Het schoolpanel bestaat uit leerlingen uit de groepen 5 t/m 8 en twee teamleden. Doel is om meningen te vormen, ideeën te bespreken en voorstellen te maken. Het schoolpanel kan experts uitnodigen om ideeën en voorstellen uit te werken. Voorbeelden van uitgevoerde ideeën vanuit het schoolpanel zijn: Een gesplitst speelkwartier, meer groen op het schoolplein en een voetbaltoernooi voor de bovenbouw. Het schoolpanel komt vijf keer per jaar onder schooltijd bij elkaar.
Ondersteuningsgroep
Niet alle kinderen zijn hetzelfde en het ene kind heeft andere uitdagingen nodig dan het andere kind. Op de St. Jozefschool werken we met de zogenoemde ondersteuningsgroep. De ondersteuningsgroep is er voor leerlingen die boven het reguliere aanbod uitstijgen, waarbij verschillende vaardigheden worden aangeboord. De leerlingen werken aan een zelfgekozen onderwerp. Door een onderwerp zelf te kiezen, is de nieuwsgierigheid groter en wil een kind daar echt vanuit zichzelf meer over weten. Om de kinderen uit te dagen stelt de groepsleerkracht ook doelen voor de leerlingen op. Dit kunnen doelen zijn op het gebied van executief functioneren, leren leren, sociaal functioneren, creatief en didactisch. Wanneer de leerling een onderwerp heeft gekozen gaan ze aan de slag met het onderzoek. Eerst stellen de kinderen onderzoeksvragen op om de juiste informatie te kunnen vinden. Daarna gaan ze aan het werk en gaan ze op internet en in boeken op zoek naar antwoorden. Hun eindproduct kan een werkstuk of een powerpoint zijn, maar natuurlijk ook een demonstratie of iets anders creatiefs.
3.8 Methodes per vak groep 3 t/m 8
Vak | Methode |
---|---|
Begrijpend lezen | Nieuwsbegrip |
Catechese | Trefwoord |
Digitale vaardigheden | Google Skills for Kids |
Engels | Take it easy |
Mediawijsheid | Mediamasters |
Muziek | 123zing |
Rekenen | De Wereld in Getallen 5 |
Schrijven | Pennenstreken |
Sociaal- emotionele ontwikkeling | Kwink, Grip op de groep, Kijk, Leerling in Beeld |
Taal / spelling | Taal actief 4 |
Techniek | Blink Wereld |
Technisch lezen | Veilig leren lezen (groep 3) / LIST lezen (gr 4 t/m 8) |
Typediploma | Typetuin |
Verkeerstheorie | Jeugdverkeerskrant |
Verkeerspraktijk | School op SEEF |
Wereldoriëntatie | Blink |
Studievaardigheden | Blits 2 |
3.9 Schoolbieb/leesbevordering
Wij werken met de Bibliotheek op school. In deze bibliotheek staan boeken voor leerlingen van de hele school. Alle leerlingen op school hebben een eigen code waarmee zij een boek kunnen lenen. De leerlingen lezen de boeken op school. Als de leerlingen een boekbespreking of spreekbeurt hebben kunnen zij de informatie ook uit de bibliotheek halen en mee naar huis nemen. We hebben veel aandacht voor leesbevordering. Vanuit de bibliotheek is er een leesconsulente bij ons op school die ons advies geeft, leesbevorderende activiteiten doet in de klassen en helpt om de boekencollectie actueel te houden.
3.10 Praktische zaken
AVG
Vanaf mei 2018 is de Algemene Verordening Gegevensbescherming van kracht. Uiteraard zijn we hierop voorbereid en passen we de regels toe. Ouders van een nieuwe leerling krijgen via Parro de mogelijkheid waarop ze keuzes kunnen maken over publicatie van bijvoorbeeld foto’s. U kunt uw keuzes altijd herzien. Houdt u er bij het maken van uw keuze rekening mee, dat wij uw kinderen nooit individueel fotograferen en áls er een foto gemaakt wordt, hen zoveel mogelijk onherkenbaar in beeld brengen.
Fietsen
Er zijn fietsenstallingen aanwezig rondom de school. Dit betekent niet dat alle leerlingen op de fiets naar school kunnen komen (ruimtegebrek). Wanneer de fietsenstalling te vol is, kan dat leiden tot onnodige beschadigingen. Samen met de leerlingen zullen wij erop letten dat de fietsen netjes worden neergezet. Wij vragen de leerlingen alleen op de fiets te komen als lopend te ver is.
Groep 6, 7 en 8 parkeert de fiets buiten het schoolplein naast het ’t Notenschip. Groep 3,4 en 5 parkeert de fiets op het schoolplein.
Gevonden voorwerpen
Regelmatig blijven er allerlei (soms waardevolle) spullen liggen op school waarvan we niet weten wie de eigenaar is. Wilt u er op toezien dat uw kind zijn/haar eigendommen mee naar huis neemt? In de ingang bij de aula is een kast waarin gevonden voorwerpen vier weken worden bewaard. Regen-, gymkleding en laarzen van een naam voorzien helpt heel goed.
Halen en brengen
Rondom de school zijn er verschillende ingangen voor het halen en brengen van de kinderen. Deze ingangen zijn gelegen aan een doorlopende straat met verkeer. Wij willen u vragen zoveel mogelijk op de stoep te blijven en zo te zorgen voor zo weinig mogelijk hinder van andere weggebruikers.
De groepen 1-2 worden gebracht via de ingang aan de burgemeester Musquetiersingle, tegenover de Schelp.
De groepen 3 t/m 8 komen binnen via het hek aan de doctor F.H. Reijnderslaan.
Hoofdluiscontrole
Op school wordt na elke vakantie op hoofdluis gecontroleerd. De controle is eenvoudiger als uw kind dan geen ingewikkelde vlechten e.d. draagt en geen gel in het haar heeft. Soms constateren ouders hoofdluis zelf thuis en dan wordt het door ouders aan school gemeld. Als school hoofdluis constateert, dan worden de ouders hiervan direct op de hoogte gesteld door de leerkracht en moet het kind worden opgehaald. Wij hebben een brief klaar liggen. De groep waarin hoofdluis is geconstateerd krijgt de brief per Parro. Mocht er in meer groepen hoofdluis voorkomen dan krijgen alle groepen een Parro. Bij de kleuters wordt voor minstens een week de poppenhoek gesloten en de kleding verwijderd. In alle groepen wordt het gehele jaar door gebruik gemaakt van luizenzakken. Ouders hoeven geen luizenzak aan te schaffen, de school heeft er voldoende in voorraad. Het afgelopen schooljaar is er nagenoeg geen hoofdluis geconstateerd. Mocht hoofdluis weer meer geconstateerd worden, dan zullen er passende maatregelen volgen. Vroegtijdig behandelen en regelmatig controleren betekent veel narigheid voorkomen! Regelmatig kammen is het meest doeltreffend!
Mobiele telefoons
Kinderen laten hun telefoon thuis. Zij hebben deze op school niet nodig. Ouders kunnen te allen tijde via het telefoonnummer van school hun kinderen bereiken in geval van nood.
Het kan zijn dat ouders en leerkrachten aparte afspraken maken over het meenemen van een mobiele telefoon. Bijvoorbeeld als een leerling ver van school woont en alleen moet fietsen. In dit geval gelden aparte regels. Deze staan in ons ‘beleid mobiele telefoons’.
School is in geen enkel geval aansprakelijk voor verlies of schade van mobiele telefoon of andere apparatuur.
Ontruiming en calamiteiten
Het ontruimingsplan van de St. Jozefschool is goedgekeurd door de brandweer van Schipluiden. Het ontruimingsplan zal twee keer per jaar worden geoefend en geëvalueerd met het hele team. Twee keer per jaar wordt er een ontruimingsoefening gehouden. De kinderen krijgen van te voren instructie.De school heeft gediplomeerde BHV’ers (bedrijfshulpverleners).
Rookverbod
Sinds 1 augustus geldt een rookverbod op schoolterreinen en moeten deze volledig rookvrij zijn. Vanaf 1 januari gaat de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) toezicht houden op het rookverbod. In dit informatieblad gaat de NVWA in op veelgestelde vragen over handhaving van het rookverbod.
Traktaties
Als u kind jarig is mag er natuurlijk getrakteerd worden. Onze voorkeur gaat uit naar verantwoord ‘snoep’. Snoep dat in de keel kan schieten zoals lollies, toverballen etc. mag niet getrakteerd worden. Kauwgom is niet toegestaan. Een eventuele traktatie aan een broer/zus mag alleen in het speelkwartier gegeven worden.
Gruitendagen
Om ‘gezond gedrag’ te stimuleren, hebben wij drie ‘Gruitdagen’ op school. Dit houdt in dat de leerlingen op dinsdag, woensdag en donderdag een gezond tussendoortje, zoals groente of fruit, eten in de pauze. Wilt u uw kind(eren) op deze drie dagen groente en/of fruit meegeven als tussendoortje? Een boterham mag ook.
Sponsoring
In onze visie zijn twee van de kernwaarden verantwoordelijk en verbinding. Wij vinden het belangrijk om samen met de ouders en leerlingen een steentje bij te dragen aan de omgeving. Daarom zamelen wij met kerst voedsel in voor de voedselbank en doen wij tijdens ons paasproject mee aan de spaaractie van de vastenactie. Wij ontvangen geen structureel sponsorgeld, maar zo nu en dan ontvangen wij sponsoring in producten, zoals planten en oliebollen tijdens de kerstmarkt. Incidenteel organiseren wij activiteiten om sponsorgeld op te halen voor bijvoorbeeld een nieuw speeltoestel.
“Ouders krijgen via persoonlijke gesprekken een indruk van de ontwikkeling van hun kind”